Gesloten tijden
In het voorjaar hebben sportvissers te maken met twee gesloten periodes: een gesloten tijd voor vissoorten
(=directe terugzetplicht) en een gesloten tijd voor bepaalde aassoorten.
Met name voor de snoek , snoekbaars en baars geeft dit altijd veel vragen omdat de gesloten tijden niet gelijk lopen.
Hieronder leest u hoe het zit.
Voorbeelden:
In
de maand maart
mag je volgens de wet vissen met kunstaas, een stukje vis of een dood
visje.
Vang je hiermee een snoek dan moet u deze direct terugzetten (gesloten
tijd voor de snoek).
Vang je een snoekbaars of baars die voldoet aan de minimummaat dan mag je
deze snoekbaars
of baars houden.
Van 1 april tot aan de laatste zaterdag van mei mag je niet met kunstaas, een stukje vis of met een
dode vis vissen en moet je iedere snoek, snoekbaars of baars die je eventueel vangt, direct terugzetten
(zowel gesloten tijd voor aassoorten als voor de vissoorten snoek, snoekbaars en baars).
Vanaf de laatste zaterdag van mei (Nationale Hengeldag: einde gesloten tijd aassoorten en einde gesloten
tijd voor snoekbaars, baars en snoek) mag je wettelijk gezien weer met alle aassoorten vissen en mag je
bovenmaatse snoekbaarzen, baarzen en snoeken behouden.
Vergunningsvoorwaarden
Op grond van de vergunningsvoorwaarden moet snoek bijna overal direct worden teruggezet.
Voor snoekbaars en baars zijn vaak maximum aantallen vastgesteld in de vergunningsvoorwaarden.
Let op de voorwaarden: een visrechthebbende kan als voorwaarde in de schriftelijke toestemming
een langere gesloten periode vaststellen voor bepaalde vissoorten. Deze lees je bijvoorbeeld in de
verenigingslijst
van viswateren.
Van
1 april tot aan de
laatste zaterdag van mei mag je niet met kunstaas, een
stukje vis of
met een dode vis vissen en moet je iedere snoek, snoekbaars
of baars die je eventueel
vangt, direct
terugzetten (zowel gesloten tijd voor aassoorten als voor de
vissoorten snoek,
snoekbaars en baars).